Dieren:

Eend

De eend is de bekendste watervogel. Eenden zien we wijdverspreid zoals in beken, meren, graslanden, moerassen, vennen, rivieren, maar ook in stedelijke gebieden zoals in de vijvers van stadsparken. Ze eten grassen, waterplanten, kleine visjes en (water)insecten. Eenden zijn gezellige kletsers, het geluid wordt snateren genoemd. Ze zijn zeer tolerant naar mensen toe.

In onze dierenparken zien we hoofdzakelijk de wilde eenden maar ook kruisingen met tamme eendensoorten. Wilde eenden worden gemiddeld 50-60 cm groot en hebben oranje poten met zwemvliezen, waterafstotende veren en een platte brede snavel. Het vrouwtje heeft vaak schutkleuren terwijl het mannetje een bont gekleurd verenkleed heeft. Ze kunnen wel 15 jaar oud worden!

Kenmerken

Een vrouwtjes eend wordt gewoon eend genoemd maar een mannetje heet een woerd. Het kleurrijke mannetje heeft een glanzende groene kop en een witte halsband. De borst is paars/bruin van kleur en de rest van het verendek is lichtgrijs. Hij heeft twee gekrulde zwarte staartveren. Het vrouwtje is lichtbruin met donkerbruine vlekken en stepen. Op de vleugel hebben zowel het mannetje als het vrouwtje een blauwe 'spiegel'. Na de broedtijd volgt de rui en is het verschil alleen te zien aan de kleur van de snavel die bij het mannetje geel is, zijn verenkleed krijgt dezelfde kleur als het vrouwtje. Eendenkuikens pullen of pulletjes genoemd hebben net als het vrouwtje schutkleuren. Sommige pulletjes worden echter geel geboren. Bij volwassen dieren wordt dit uiteindelijk wit van kleur. 

 

Een koppeltje eendeneenden

 

Bekijk onze Eenden

In welk park vind je eenden

Maak kennis met onze eenden